
Leer uw geschiedenis - en durf schuld te bekennen
- Art of Hearing | Dyon Scheijen
- 11 mei
- 5 minuten om te lezen

Op 4 mei, tijdens de alternatieve herdenking in Den Haag, stond Gloria Wekker op het podium. Haar woorden sneden door de stilte. “Witte superioriteit is geen mening, het is een systeem,” zei ze. En daarmee raakte ze niet alleen de kern van de herdenking, maar ook de zenuw van deze tijd.
Wat mij persoonlijk diep trof, was hoe helder ze blootlegde dat zij die vandaag de dag het hardst roepen over ‘vrede’ in conflicten elders vaak zelf onderdeel zijn van de oorzaak. Want hoe ver reikt geschiedenis eigenlijk, als je het conflict tussen Israël en Palestina wilt begrijpen?
Dat ‘je moet je geschiedenis leren’ wordt vaak als argument ingezet om het geweld van nu goed te praten. Maar dan stel ik deze vraag terug: tot waar leren we die geschiedenis dan? Stoppen we bij de oprichting van Israël? Of kijken we ook naar wat daaraan voorafging?
De koloniale grenzen, getekend door Europese machten alsof het om een fucking bordspel ging. Landen die werden herverdeeld door witte mannen in pak, zittend in Europese vergaderzalen, zonder enige connectie met de grond die ze verdeelden. Alsof volkeren en hun toekomst pionnen waren op een strategisch speelveld.
Gloria Wekker noemde het bij naam: “De arrogantie van witte mensen om zichzelf als maat der dingen te zien.” Het raakt me diep. Want dit gaat niet alleen over het verleden. Het gaat over nu. Over hoe diezelfde arrogantie nog steeds doorleeft. In wie we geloven. Wie we aan het woord laten. Wie we herdenken. Wie we beschermen.
De geschiedenis van Europa en dus ook die van Nederland, is er een van verovering, onderdrukking en uitbuiting. Met VOC-schepen en kanonnen trok men de wereld over. Niet om vrede te brengen, maar om te nemen: goud, rubber, specerijen, katoen, mensen. De rijkdom die wij vandaag kennen, de gebouwen die onze steden sieren, de musea vol koloniale kunst: het is allemaal betaald met bloed. Gloria verwoordde het zo: “Het is belangrijk om de verbinding te zien tussen de rijkdom hier en de armoede daar.”
Laat de kunst onze spiegel zijn.
Kunst is nooit neutraal. Het is nooit alleen maar mooi of technisch indrukwekkend. Kunst is een afdruk van de tijd waarin ze gemaakt is, van de macht, de moraal en het wereldbeeld van de maker. En dus is kunst ook een spiegel. Eén die ons kan dwingen om anders te kijken. Die ons niet alleen laat zien wat was, maar ook wie wij zijn. Of liever: wie wij zijn geworden, omdat we weigerden te kijken.
Ga die musea in. Niet om alleen te bewonderen, maar om te bevragen. Loop langs die schilderijen van de Gouden Eeuw. Zie de rijkdom, de overdaad. De stoffen, het zilver, het porselein, alles glanst. Zie de schepen die hele muren vullen: imposant, krachtig, trots wapperend met de Nederlandse vlag. Ze zijn symbool geworden van nationale trots. Maar kijk beter: dit zijn de beelden van verovering. Van overheersing. Van de VOC als multinational avant la lettre, met een wapen in de ene hand en een handelscontract in de andere. Die schepen brachten geen vrede. Ze brachten geweld, ziekte, slavernij, vernietiging van culturen.
En toch hangen ze daar. Vaak zonder context. Zonder verhaal. Alsof het kunst om de kunst is. Maar kunst is politiek. Altijd. En als je goed kijkt, zie je hoe ze nog steeds fluistert: kijk hoe groot we waren. Hoe machtig. Hoe succesvol.
Maar wat als we ons nu zouden afvragen: Wie is er vrijwel nooit geschilderd? Wie werd meestal uit beeld gehouden, letterlijk? De tot slaaf gemaakten. De bedienden. De kinderen in ketens. De lichamen die onder de dekens van die grote schepen lagen, onzichtbaar in de buik van het schip, weg uit het schilderij, maar wél dragend voor de rijkdom erop.
Laat kunst dan onze spiegel zijn. Niet om onszelf te verliezen in nostalgie of nationale trots, maar om te kijken naar wat we liever vergeten. Laat het ons dwingen om ons af te vragen: wat vieren we eigenlijk, als we dit mooi vinden? En kunnen we schoonheid ook erkennen als die tegelijk met pijn gepaard gaat?
Misschien is dat wel de grootste uitdaging: om niet weg te kijken. Om niet enkel te genieten, maar ook te bevragen. Want zolang we blijven fluisteren over ‘onze Gouden Eeuw’ zonder te spreken over het bloed dat eraan kleeft, blijven we kijken zonder werkelijk te zien.
Kunst liegt niet. Maar wij wel, als we weigeren de waarheid erachter te benoemen.
Trump. Poetin. Netanyahu. De witte mannen van nu, maar met een geest uit het verleden. Ze handelen nog steeds vanuit diezelfde gedachte: wij bepalen, wij beschermen onze belangen, ongeacht wat dat kost. Het bordspel is niet veranderd. Alleen de pionnen zijn anders. En kijk eens wie er nog steeds de hand op het bord houdt.
En dus zeg ik tegen mijn witte medemensen: wees voorzichtig met hoe luid je nu schreeuwt over wat rechtvaardig is. Want die stem is vaak gevormd in een wereld die jou altijd al meer ruimte gaf. Gloria Wekker zei: “Witte onschuld is het niet-willen-weten van het systeem waar je van profiteert.” Dat is geen aanklacht. Dat is een uitnodiging. Om wakker te worden. Om stil te worden. Om écht te luisteren.
Dat dak boven je hoofd, het eten op je bord, de kansen die je kreeg om te studeren, te reizen, te groeien, dat zijn geen toevalstreffers. Ze zijn deel van een nalatenschap. Van een systeem dat voor jou werkte en dat nog steeds werkt. En ja, ook vrouwen zijn onderdeel van die structuur. Ook witte vrouwen. Die vaak zeggen: “Maar ik ben geen dader, ik was er toen niet.” Maar Gloria wees er terecht op dat het systeem zich niet afvraagt of jij persoonlijk schuldig bent. Het systeem draait door zolang je er niets aan verandert.
Dus kijk om je heen. Kijk naar de geschiedenis van jouw straat, jouw stad, jouw land. Kijk naar de gouden plafonds van het Rijksmuseum. Naar de straten die nog steeds zijn vernoemd naar slavendrijvers en kolonisators. En vraag jezelf af: Wat moet er gebeuren voordat we erkennen dat onze stem niet altijd de maat der dingen is?
En vooral: leer je eigen geschiedenis. Maar dan écht. Niet tot aan de bladzijde waar het comfortabel wordt. Ga door tot het pijn doet. Tot het schuurt. Tot je begrijpt dat jouw rijkdom en vrijheid zijn gebouwd op de ruggen van anderen.
Beken schuld. Niet als knieval, maar als morele keuze. Niet met schaamte, maar met verantwoordelijkheid. En weet: hoe harder je schreeuwt zonder die bewustwording, hoe dichter je komt bij het type mens waar je ooit misschien nog met afschuw naar zult kijken: de witte superieure man (of vrouw) die blind blijft voor waar de echte pijn zit.
Comentarios