
Als woorden raken - over luisteren, spreken en het ongemakkelijke midden
- Art of Hearing | Dyon Scheijen

- 28 jul
- 4 minuten om te lezen

Vorige week maandag, kwart voor negen. Precies nu een week geleden. Mijn spreekuur moest nog beginnen.
Mijn manager kwam binnenlopen. Eerst wat luchtig: hoe was je weekend, alles goed? Beetje zoals altijd.
Maar dan, voorzichtig:
“Dyon, ik heb toch geen leuk bericht voor jou. Er is een klacht binnengekomen over jouw posts op LinkedIn.”
Blijkbaar vindt iemand mijn berichten op LinkedIn te politiek. Niet professioneel. Diegene wil daarom zelfs niet meer bij mij op het spreekuur komen.
Wat precies raakt of schuurt? Dat weet ik niet. Er is geen gesprek geweest. Alleen een klacht ingediend. Voor mij volledig anoniem.
En precies dat blijft hangen.
Niet dat iemand iets van mijn berichten vindt – daar mag je iets van vinden, daar gáát het juist om.
Maar dat we in deze tijd zo makkelijk het gesprek overslaan.
Dat we eerst klikken, melden, oordelen en pas daarna misschien bedenken: “Wat bedoelde die ander eigenlijk?”
Het is inmiddels dus een week geleden dat ik dit hoorde.
En het bleef die hele week in mijn hoofd zitten.
Juist omdat ik niet precies weet wat de ander zo heeft geraakt.
Misschien is dat wel precies waar het zo vaak misgaat:
we voelen iets, maar zeggen het niet rechtstreeks.
We dienen een klacht in, of geven anoniem een oordeel,
maar we vertellen niet wat ons écht raakt of waarom.
En juist daardoor blijft er iets hangen, bij mij, maar misschien ook bij de ander.
Want zonder gesprek weten we niet waar het schuurt.
En zonder dat gesprek kunnen we elkaar ook nooit echt vinden.
Ik denk dat iedereen het herkent, ook buiten de zorg.
Een collega zegt iets op een manier die niet lekker valt.
Iemand post iets op sociale media dat schuurt.
En hoe snel vullen we dan in wat die ander “wel zal bedoelen”?
Hoe vaak kiezen we voor zwijgen of wegklikken, in plaats van vragen te stellen?
Misschien is dat wel precies het gevaar:
dat we liever wegkijken of stil blijven, omdat het makkelijker lijkt.
Maar zachte heelmeesters maken diepe wonden.
Soms is het nodig dat iets schuurt, dat we het ongemakkelijke wél uitspreken -
juist om te voorkomen dat het onderhuids blijft etteren en groter wordt.
Ik moest daarom denken aan ZorgkaartNederland.
Een platform dat bedoeld is om patiënten een stem te geven – en dat is zeker zeer waardevol. Begrijp me niet verkeerd.
Maar hoe vaak is zo’n beoordeling niet een punt achter een zin, in plaats van een komma?
Een momentopname, zonder context, zonder wederhoor.
En toch: die ene zin kan heel veel zeggen, of zelfs iemand het zwijgen opleggen.
Het is verleidelijk om te denken: “Ach, zo is de wereld nu eenmaal.”
Maar wat verliezen we onderweg?
We verliezen misschien wel de kunst van het ongemakkelijke gesprek.
Een gesprek waarin je niet alleen praat om je eigen punt te maken, maar echt probeert te begrijpen waarom de ander iets zegt of schrijft.
Een gesprek waarin je niet meteen beslist of je het “eens” of “oneens” bent, maar eerst even luistert.
In mijn werk zie ik elke dag hoe waardevol dat kan zijn.
Mensen komen binnen met hun verhaal, soms voorzichtig, soms boos, soms vol schaamte.
Soms moet je even doorvragen of de ruimte geven om écht te horen wat erachter zit.
En vaak blijkt dat het helemaal niet gaat om wat eerst werd gezegd, maar om iets diepers: angst, verdriet, teleurstelling.
Ik denk dat we dat allemaal wel kennen, als mens.
Hoe het voelt als je verhaal wordt weggezet of niet wordt gehoord.
En hoe groot het verschil is als iemand zegt:
“Vertel eens… hoe bedoel je dat eigenlijk?”
Het gaat hier niet over mij. Niet over mijn LinkedIn-posts, niet over mijn spreekkamer.
Het gaat over hoe we met elkaar omgaan als iets schuurt.
Of we dan kiezen voor wegklikken en zwijgen opleggen.
Of voor vragen stellen, ook als het ongemakkelijk voelt.
Want kritiek kan waardevol zijn. Het kan iets openbreken.
Maar alleen als het niet bedoeld is om de ander stil te krijgen, maar om samen verder te komen.
Verandering schuurt altijd. In de zorg, in de politiek, in het leven zelf.
Het is menselijk om vast te houden aan wat vertrouwd voelt.
Maar soms begint echte vooruitgang juist bij de vraag die even pijn doet.
Niet om gelijk te krijgen, maar om ruimte te maken.
En ja, soms vraagt dat om tegen te spreken.
Niet uit boosheid, maar uit zorg.
Want stilzwijgen kan ook schade aanrichten – soms meer dan woorden ooit kunnen doen.
Ik blijf dus schrijven.
Niet om te polariseren, maar omdat ik geloof dat we elkaar daar kunnen vinden: in het midden.
Waar je niet meteen oordeelt, maar eerst even stil bent.
Waar je vraagt: “Hoe bedoel je dat eigenlijk?”
En misschien, heel even, echt luistert.
Want of het nu gaat over politiek, zorg, werk of privé:
We hoeven het niet altijd eens te zijn. Maar we kunnen wel proberen elkaar beter te verstaan.
En misschien is dat wel precies wat deze tijd het hardst nodig heeft.




.png)
Opmerkingen