
We leven in een tijd waarin kunst en wetenschap steeds minder ruimte krijgen. Niet omdat ze minder relevant zijn - integendeel - maar omdat ze worden weggezet als elitair, overbodig of zelfs gevaarlijk.
Populisten voeden dat sentiment graag: wetenschap is ‘geklungel in ivoren torens’, kunst is ‘linkse hobby’. En terwijl de massa applaudisseert voor deze versimpelde slogans, verliest de samenleving haar kompas.
Populisme floreert op simplificatie. De wereld is complex, maar de populist belooft makkelijke oplossingen. Wetenschap ondermijnt die belofte, want het laat zien dat de wereld níét simpel is. Kunst zet aan tot denken, voelen, vragen stellen. En dus worden beide bestempeld als bedreiging. In plaats daarvan krijgen we politici die roepen dat experts er ook vaak naast zitten, alsof dat een reden is om wetenschap te wantrouwen.
Alsof een chirurg die één keer faalt, betekent dat we de hele geneeskunde overboord moeten gooien. Alsof wetenschap ooit over absolute waarheden is gegaan in plaats van over voortdurende verfijning van kennis.
En kunst? Die wordt gereduceerd tot amusement, tenzij het iets is dat in een populistisch narratief past. Kunst mag bestaan, zolang het niet schuurt, niet uitdaagt, niet spiegelt. Maar wat is kunst zonder frictie?
Anton Heyboer begreep dat als geen ander. Zijn leven was zijn kunst, zijn verhaal werd zijn meesterwerk. De kunstwereld kon hem niet negeren, omdat hij niet alleen schilderde maar een mythe creëerde.
Maurizio Cattelan deed hetzelfde met zijn banaan en ducttape: een simpel object werd een statement, een spiegel voor de absurditeit van de kunstmarkt én de wereld daarbuiten. Mensen lachten erom, vonden het belachelijk, maar praatten erover. En dát is waar kunst zijn kracht toont.
Wat Heyboer en Cattelan deden, kan ook met wetenschap. Ook daar zit de sleutel in het narratief. De wetenschap heeft de waarheid niet in pacht, maar biedt een methode om dichter bij begrip te komen. In een wereld die overspoeld wordt door meningen en emotie, is dat een anker. Maar wie vertelt dat verhaal? Wie maakt wetenschap even onvermijdelijk als een banaan op een muur?
De ironie is dat de mensen die wetenschap en kunst de rug toekeren, uiteindelijk zichzelf tekortdoen. Een samenleving zonder wetenschap is stuurloos, overgeleverd aan meningen en onderbuikgevoelens. Een samenleving zonder kunst verliest haar vermogen om te dromen, te verbinden, te begrijpen.
De grootste crises van onze tijd - klimaat, zorg, sociale ongelijkheid - vragen niet om minder wetenschap en kunst, maar om méér. Want wetenschap toont ons hoe de wereld werkt en kunst laat ons voelen waarom dat ertoe doet.
De vraag is hoe lang we blijven toekijken terwijl dit verdwijnt. Hoe lang we blijven zwijgen terwijl de roep om ‘eenvoudige oplossingen’ de complexiteit van het leven negeert. Hoe lang we accepteren dat wat ons menselijk maakt, wordt afgedaan als onnodig.
Misschien is het tijd om de kunst en wetenschap niet langer te verdedigen, maar ze actief terug te eisen. Niet door ons te verlagen tot dezelfde simplificaties, maar door juist te laten zien dat ware vooruitgang ligt in het vermogen om te vragen, te twijfelen en te verbeelden. Want als een banaan op een muur wereldnieuws kan worden, waarom dan niet de wetenschap die ons helpt een betere wereld te bouwen?
Kunst en wetenschap hebben altijd de wereld gevormd, niet door zich aan te passen aan de massa, maar door vooruit te lopen, door vragen te stellen die ertoe doen.
Where Art Meets Science is precies dát: de brug tussen gevoel en begrip, tussen verbeelding en kennis. Het is geen strijd tegen de massa, maar een uitnodiging om verder te kijken.
Als een banaan op een muur de wereld kan laten praten, dan kan kunst die wetenschap omarmt de wereld laten veranderen. De vraag is niet óf we die verandering willen, maar wanneer we besluiten haar niet langer te negeren.
Comments